Steeds meer drijfzand in box III.
De wetgever houdt wanhopig vast aan uitgangspunten van box III, ondanks allerlei overgangswetgeving om de ergste pijnpunten eruit te halen.
In het Kerstarrest van december 2021 maakte de Hoge Raad immers korte metten met box III.
In afwachting van belastingheffing over echte vermogensinkomsten (2026?), geldt nu een overgangsregime.
Voor spaar- en betaalrekeningen biedt dit uitkomst, maar voor overige bezittingen zoals effecten of verhuurd vastgoed niet. Daarvoor geldt wederom een forfaitair rendement van meer dan 6%, gebaseerd op rendementen van twee jaar geleden. En dat bij dalende aandelenbeurzen en inzakkende huizenprijzen.
Het is niet voor niets dat horden belastingplichtigen wederom bezwaar aantekenen tegen aanslagen IB op basis van box III.
En zo zakt de belastingdienst steeds verder in het drijfzand van box III.
Ga terug naar het Nieuws & Tips overzicht